+

Volgens Johannes 19:41 een tuin of olijfgaard met een graf in de buurt was. Hij situeert Golgotha aan de noordzijde van de stad lokaliseerde, omdat alleen daar het terrein ruimte bood voo wat hij beschrijft. Dat past bij de plaats die in de tijd van Constantijn de Grote werd opgegraven. Daar situeert zich hedentendage Kerk van het Heilige Graf, waar Orthodoxe en rooms-katholieke gelovigen Jezus' graf bezeken. Onder de huidige Grafkerk zijn de resten van de basiliek die in 326 na Christus werd gebouwd. Binnenin bevindt zich een 4,80 meter hoge rotsheuvel.

Ten tijde van de Romeinse keizer Hadrianus (136 na Christus) is dit gebied opgehoogd. De rotsheuvel maakt deel uit van een in de tijd verlaten steengroeve, die wellicht in gebruik was als executieplaats.

In de tijd van Jezus lag de plaats van de Heilig Grafkerk waarschijnlijk aan de noordwestelijke kant buiten de muren van Jeruzalem, dichtbij een uitvalsweg uit de stad. Daarom is dit de meest waarschijnlijke optie.

Een alternatieve these identificeert Golgotha met een rotsheuvel bij de zogeheten Graftuin. Deze ligt ten noorden van de zogenaamde Turkse stadsmuur, vlak bij de Damascuspoort. In de 19e eeuw werd hier een graf ontdekt. Het is voor protestantse en evangelische gelovigen hun bedevaartplaats. Hierbij speelde ook de uitsluiting van protestanten uit de Heilig Grafkerk wellicht een rol.

Naast deze archeologische gegevens is uiteraard de gehele theologische duiding rond Golgotha mede aan de oorprong van heel wat kunst en iconografie

Opvallend is hoe men in de theologische bespiegelingen ook het rabbijnse en Paulinische verhaal van de berg waar Adam - de oude Adam - begraven mee betrekt in de voorstelling. Zie de schedel onder het kruis.